5 space shuttles: de Colombia, de Challenger, de Discovery, de Atlantis en de Endeaver. De drie laatste worden nog gebruikt.Eén van de verschillen tussen een
raket en een
vliegtuig is hoe het gevaarte wordt bestuurd. Een raket wordt afgeschoten en bestuurd vanaf de controlekamer op de aarde. De space shuttle is een
ruimteveer en wordt met een raket naar de ruimte geschoten maar wordt ook bestuurd vanaf de aarde. De raket valt stuk na stuk naar beneden, waarna de space shuttle verder vliegt. Maar de space shuttle keert ook weer terug en kan worden hergebruikt.
Vooraleer een ruimteveer kan worden gemaakt waarmee je tot boven de dampkring kan vliegen worden heel wat experimenten gedaan. De lucht- en ruimtevaart zijn met elkaar verbonden.
In de jaren 60 b

ouwden de Amerikanen de
X15, een vliegtuig dat kon worden gelanceerd van onder de romp van een ander vliegtuig: de B-25 bommenwerper. Met dit soort vliegtuig zijn de Amerikanen 13 keer tot 80 km hoogte gevlogen, twee keer tot 100 km hoogte.
Dus ja, de piloten van de X15 die tot 80 km of 100 km hoog zijn gevlogen, waren dus ook astronauten. In Amerika zijn er twee standaards van hoogte die moet bereikt zijn om astronaut te worden genoemd. Voor de USAF is dat 80 km, voor de FAI is dat 100 km. Neil Armstrong, die later naar de maan reisde was ook een testpiloot van de X15.


Zullen de toeristen die met de
Enterprise van Virgin naar de ruimte vliegen, zichzelf ook astronaut mogen noemen? Misschien wel. Maar of ze ook de astronauten-wings zullen krijgen is nog maar de vraag. Wie deze wings ondertussen wel ontving is de piloot van de Enterprise, Mike Melvill.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten